Heilige Barnabas - apostel



Barnabas, geboren als Jozef, was een van de vroege leiders van de christelijke kerk.

Barnabas wordt drieëntwintig keer genoemd in het Bijbelboek Handelingen van de Apostelen. Eénmaal in 1 Korinthiërs, driemaal in Galaten en eenmaal in Kolossensen. Uit deze teksten blijkt dat hij een discipel van Jezus was vóór de bekering van Saul (Paulus). In Handelingen 4:36 staat over hem geschreven: Een van hen was Josef, een Leviet uit Cyprus, die van de apostelen de bijnaam Barnabas had gekregen, wat in onze taal 'zoon van de vertroosting' betekent.

Hij nam het voor Paulus op toen deze zich in Jeruzalem bij de discipelen wilde voegen en bracht hem naar de overige apostelen. Door hen werd hij naar Antiochië uitgezonden, waarna hij naar Tarsus vertrok om Paulus te zoeken. Samen onderwezen zij er een jaar in de gemeenten en brachten de gaven van Antiochië naar de gemeenten van Jeruzalem. Barnabas keerde daarna terug naar Antiochië in het gezelschap van Paulus en Johannes, die ook Marcus werd genoemd, en een neef van Barnabas was. Barnabas was bekend als profeet en leraar. Tijdens gebed werd hij samen met Paulus afgezonderd om naar Seleucië en Cyprus te worden gezonden. Hier begon de eerste zendingsreis. Zij werden meerdere malen vervolgd en zelfs gestenigd.

Toen in een groep joden uit Judea onenigheid en twist ontstond, omdat zij de besnijdenis voorstonden, keerden Barnabas en Paulus naar Jeruzalem terug en hielden het later genoemde apostelconvent of eerste concilie. Met de regels voor de 'heidenen' vertrokken zij opnieuw naar Antiochië in gezelschap van Judas, ook wel Justus genoemd, en Mattias. Na zijn terugkeer te Antiochië kreeg Barnabas onenigheid met Paulus, omdat hij op de tweede zendingsreis Johannes Marcus mee wilde nemen. Paulus verzette zich daartegen. Barnabas vertrok met Johannes Marcus naar Cyprus.

Uit Galaten 2:1 blijkt dat Paulus na veertien jaar weer met Barnabas samenwerkt in Jeruzalem. In Galaten 2:9 herinnert Paulus eraan dat door Jakobus, Petrus en Johannes aan hem en Barnabas het apostelschap werd opgedragen om tot zowel joden als heidenen te prediken. Uit Galaten 2:11-14 blijkt dat Barnabas een hechte band had met de groep van Jakobus en Cefas (Petrus). Dat in de latere geschiedenis Barnabas niet werd vereerd als apostel of discipel van Jezus, kan te wijten zijn aan de latere concilies waar aan hem toegeschreven geschriften en onderwijs verboden en vernietigd werden.

Wikipedia