Onkatholieke dwaasheid



overgenomen van de weblog van pastoor Mennen (http://www.mennenpr.nl)

Altijd ben ik van mening geweest dat de Kerk selectief moet zijn in het wijden van diakens. Het moeten mannen zijn van een behoorlijk intellectueel niveau, van voldoende theologische kennis en van een gezonde sensus fidelium (geloofszin). Dat geldt met name ook voor mannen die indertijd als pastorale werker van de theologische faculteiten kwamen en zich (soms om carrièretechnische redenen) aanboden voor het diaconaat. Het is niet erg zinvol mensen te wijden voor een verkondigingsambt in de Kerk die niet de bedoeling hebben het katholieke geloof te verkondigen of die zo’n mankerende geloofskennis hebben dat ze niet weten wat ze zouden moeten verkondigen. In deze mening word ik opnieuw gesterkt als ik op de opiniepagina van Trouw de bijdrage lees van Rob van Oosten, diaken van het bisdom Den Bosch.

De diaken in kwestie is verbaasd over het standpunt van de katholieke Kerk dat voor de eucharistie echt brood moet worden gebruikt en hij begrijpt het standpunt over de glutenvrije hosties niet. Naar zijn “heilige overtuiging zit het sacrament van de eucharistie niet vastgebakken aan ‘de materie’”. Nu is het altijd de overtuiging van de Kerk geweest dat zij voor de sacramenten gebonden is aan de materie die Christus zelf gebruikt heeft. Het is zijn wil geweest voor het sacrament van zijn kruisoffer en zijn aanwezigheid brood te gebruiken. De Kerk heeft zich nooit gerechtigd geacht daarvan af te wijken. Ook niet toen door missionering volken tot de Kerk toetraden voor wie rijst het gewone dagelijkse voedsel is. Er is toen aan de Kerk voorgelegd of rijstkoeken (rijstbrood) geen geldige materie voor de eucharistie zou kunnen zijn. Daar is uit eerbied voor de wil van de Heer negatief op geantwoord. Dat heeft ook met de incarnatie te maken: dat God mens werd in een bepaald land en in een bepaalde cultuur, heeft gevolgen voor de tekenen waarvan Hij zich bediende. Stijn Fens heeft het inderdaad beter begrepen dan onze diaken: met het Allerheiligste moet je niet sjoemelen.

De mededeling rond de gluten moet je in dat licht zien. Sinds men de mogelijkheid heeft gluten uit tarwemeel te verwijderen, wordt de Kerk geconfronteerd met de vraag of glutenvrije hosties geldige materie zijn. In een brief van 19 juni 1995 (toen al!) aan de Bisschoppenconferenties heeft de Congregatie voor de Geloofsleer gezegd dat hosties waaruit alle gluten verwijderd zijn geen geldige materie is maar dat er in de hosties een minimale hoeveel gluten moeten zitten zodat het echt brood is.

Nog ernstiger wordt het als de diaken stelt: “niet primair het brood, maar het delen ervan is sacramenteel, in mijn visie”. Dit heeft absoluut niets meer met het katholieke geloof te maken. Dat zou betekenen, dat een Mis waarin geen communie wordt uitgereikt, geen geldig sacrament zou zijn. Dat is een absurditeit die door eeuwenlang katholiek leven wordt tegengesproken!

Beste diaken, het Sacrament van de eucharistie komt tot stand als een geldig gewijd priester in het kader van de Mis de voorgeschreven woorden uitspreekt over de materie van brood en de materie van wijn in opdracht van Jezus bij het laatste avondmaal: “doet dit tot mijn gedachtenis”. Bij die woorden komt het kruisoffer van Christus present in zijn gebroken lichaam en zijn vergoten Bloed en is Hij met zijn Godheid en mensheid, met ziel en lichaam aanwezig in de gedaanten van brood en wijn. Dat is het sacrament van de eucharistie. Een speciale deelname aan dit sacrament geschiedt in de communie, die open staat voor hen die katholiek zijn en niet door ernstige zonde gehinderd zijn het sacrament te ontvangen. Dit en niets anders is de katholieke opvatting.

Aan het eind van zijn bijdrage zegt de diaken dat hij de kerkgangers in Annakerk in Deuteren op zondag 16 juli met de glutenkwestie en met zijn opvatting daaromtrent geconfronteerd heeft. Volgens hem waren de kerkgangers verbouwereerd. Dan kan hoogstens zijn door de wijze van voorstellen van de diaken. Ik weet dat men in betreffende kerk wel gewend is aan het “breken-en-delen-jargon” waarin een bepaald soort “voorgangers” sinds de jaren 70 van de vorige eeuw de eucharistie abusievelijk heeft proberen te vatten. Hierbij sluit de foutieve opvatting van van Oosten over de materie voor de eucharistie en het sacramentele karakter van het delen naadloos aan. Dat oudere mensen in de Nederlandse Kerk wijzer zouden zijn, is niet per se waar, soms wel “misleider” (=meer misleid).

Het argument dat men het Jezus zelf zou willen vragen en dat die waarschijnlijk geen bezwaar tegen volkomen glutenvrije hosties zou hebben, is een tegenwoordig veel gehoord liberaal non-argument voor talloze zaken. Je kunt op die manier Jezus alles laten zeggen. Zelfs de merkwaardige nieuwe generaal van de jezuïeten maakt zich eraan schuldig. Het is echter de traditionele katholieke opvatting dat Jezus spreekt en handelt door zijn Kerk, en dan niet in zomaar een oprisping van een paus of van een bisschop maar in de constante leer van die Kerk.

Zonder meer vreemd is de nieuwsgierigheid van van Oosten naar hoe paus Franciscus en bisschop de Korte in hun hart over de glutenkwestie denken, daarmee suggererend dat zij het wel niet eens zullen zijn met het officiële standpunt van “de wereldkerk” maar dat officieel wel moeten. Daarmee veronderstelt de diaken ten onrechte onkatholieke standpunten in dezen bij de paus en bij de bisschop van Den Bosch. Hij vindt dat hij als diaken wél een tegenstem kan laten horen. Nou, dat mag hij niet. Hij heeft als diaken gewoonweg de kerkelijke leer en discipline rond de eucharistie te aanvaarden en iedere verdeeldheid rond de sacramenten te vermijden. Ik raad de diaken voor zijn eigen welzijn en het welzijn van de gelovigen voor wie hij werkt, aan de nummers rond de eucharistie in de Catechismus van de katholieke Kerk nog eens zorgvuldig door te lezen.

Feest van Maria Magdalena
22 juli 2017