Liturgie eindelijk eens juist voor het voetlicht gebracht door Mgr. Léonard



Ik kan onderstaande niet anders dan toejuichen. Het is eigenlijk in en in triest dat men in België zo duidelijk moet zijn. Blijkbaar is de Heilige Misviering in talloze parochies verworden tot een horizontale vertoning in elkaar geknutseld door plaatselijke liturgieclubjes onder leiding van pasto(o)rs en "pastoraal werkers" die vinden dat ALLES moet kunnen BEHALVE dat wat eigenlijk wordt voorgeschreven door Rome. Dit is eigenlijk echt TRIEST!!!!

onderstaande tekst is overgenomen uit "De Standaard"

In zijn teksten 'Om te groeien in de kunst van het vieren' verduidelijkt aartsbisschop André-Joseph Léonard de regels voor een eucharistieviering. Enkele opmerkelijke fragmenten.

I
Een priester draagt tijdens de mis een kazuifel boven de andere liturgische kledij. Nu doet niet iedereen dat. 'Het zou een goede zaak zijn deze traditie te herontdekken', zegt Léonard.

II
Niet elk gezang is even geschikt voor een eucharistieviering. Er rijst met name een probleem voor het Gloria, het Credo en het Sanctus, wegens de tendens om de traditionele teksten te vervangen door 'dichterlijke alternatieven die soms slechts een verre verwantschap hebben met de liturgische teksten'. 'We zouden er een groot voordeel mee doen af te stappen van composities die soms getuigen van weinig goede smaak.'

III
De 'actieve deelname' van de gelovigen is belangrijk. Dat houdt in dat iedereen (behalve de zieken) blijft rechtstaan tot de eerste lezing. Tijdens de lezingen mogen ze gaan zitten, en daarna moeten ze weer rechtstaan. En zo gaat dat de hele mis door. 'Deze afwisseling van zitten en staan, is geen kunstmatige gymnastische oefening die ons het leven moeilijk wil maken, maar een concrete manier om te bidden met het gehele lichaam en niet louter de geest.'

IV
'Buitenbijbelse' teksten zijn tijdens de eucharistieviering uit den boze. 'Bij wijze van bezinning' kan 'een veelzeggende niet-Bijbelse tekst' voor de aartsbisschop eventueel wel, maar mag nooit op een manier worden gebracht die gelijkwaardig is aan de Bijbel.

V
De homilie (preek) mag alleen door een gewijde bedienaar worden uitgesproken.

VI
Voor hosties komt alleen ongedesemd tarwebrood in aanmerking. Alle andere broodsoorten noemt Léonard 'misplaatst'. In sommige kloosters en neocatechumenale gemeenschappen mogen de priesters 'dikker en zachter' ongedesemd brood gebruiken, omdat daar meer zorg is voor de achtergebleven kruimels. In gewone gemeenschappen raadt de aartsbisschop 'gewone hosties' aan, 'die het voordeel hebben amper kruimels na te laten'.

VII
Het vaatwerk voor de hosties en wijn mag 'geen gewoon vaatwerk' zijn, behalve in uiterste noodzaak. 'Men zal de resolute voorkeur geven aan patenen, schalen en kelken uit edelmetaal.'

VIII
Het evangelieboek moet zowel bij het begin van de viering als bij de lezing van het evangelie worden bewierookt. Na het aanbrengen van de gaven is het 'aangewezen' ook de offergaven en de gelovigen te bewieroken.

IX
'Als afsluiting van de offerande zie ik geen reden om de handwassing achterwege te laten', schrijft de aartsbisschop. 'Naast zijn mogelijk praktisch nut, drukt dit gebaar innerlijke zuiverheid uit.'

X
'Een priester viert in de parochie slechts eucharistie als plaatsvervanger van de bisschop, die door de omstandigheden verhinderd is zelf overal voor te gaan. Vandaar zal men ook nooit nalaten de naam van de paus en van de bisschop (en eventueel de hulpbisschop) te vermelden. Deze nalatigheid brengt de gemeenschap van de Kerk in gevaar.'