Orthodoxie wint terrein



Bisschop-elect Gerard de Korte van Groningen-Leeuwarden meent dat de orthodoxie in het westerse christendom terrein wint. De vrijzinnige christelijke stroming daarentegen heeft het moeilijk: “Ze groeit niet omdat de overdracht van haar visie lastig is. Dat komt door haar individuele karakter”, aldus mgr. De Korte vandaag in het dagblad Trouw.

Rechtzinnigheid in het geloof rukt volgens De Korte op. “Duidelijkheid bindt. En natuurlijk ben ik er als man van de kerk gelukkig mee als de traditie van het christendom weer scherper in beeld komt.”

De bisschop ziet dat er meer belangstelling bestaat voor de kerkelijke traditie. Hij hoopt echter dat die interesse niet museaal is. “Maar niet als museumstuk waar we met open mond naar kijken van ‘o, wat was dat mooi vroeger’. Mensen moeten wel het idee hebben dat het ook over hun leven gaat.”

Orthodoxie betekent niet per definitie zwart-wit denken, stelt De Korte. “Ik probeer zelf orthodox-katholiek te leven, zonder fundamentalist te zijn. De termen worden nog wel eens door elkaar gebruikt.” Orthodoxen kunnen volgens hem zowel behoudende als progressieve denkbeelden hebben.

De bisschop maakt onderscheid tussen micro- en macro-ethische kwesties. Evangelicalen bijvoorbeeld zijn op micro-ethisch niveau zoals abortus, euthanasie en homoseksualiteit behoudend. Gaat het om milieubehoud en armoedebestrijding, de macro-ethiek, dan zijn ze juist progressief.

De Korte is niet bang dat voor ondogmatisch gelovigen geen plaats meer zal zijn. “Dat loopt wel los. Er is altijd plek voor wie wil. Kerken hebben geen behoefte om mensen te verstoten. Helaas laten velen de kerk zelf los. Dat zijn voornamelijk vrijzinnige, moderne mensen die de relevantie van hun kerklidmaatschap niet meer zien.” Ze verdwijnen volgens hem in de buitenkerkelijkheid en worden bijvoorbeeld ietsist.

De kerkverlating heeft volgens De Korte alles met de individualisering te maken. “Men zegt nog wel religieus of zelfs christen te zijn, maar sprokkelt zijn eigen mandje met religieuze boodschappen bij elkaar in de religieuze supermarkt.”

bron: Katholiek Nederland