■ NRC ■ De Australische kardinaal George Pell had een sleutelrol binnen het Vaticaan, maar die is hij al een paar maanden kwijt. En nu?
Veel hoger in de katholieke hiërarchie kan je niet komen. Na de paus wordt de Secretaris van Staat, een soort hoofd Algemene Zaken, als de machtigste man in het Vaticaan beschouwd. In de meeste ranglijstjes kwam daarna, tot vorig jaar, kardinaal George Pell.
Nadat hij in 2013 tot paus was gekozen, gaf Franciscus aan Pell een sleutelrol in zijn bestuurlijke hervormingsplannen.
Pell kreeg als prefect van een nieuw gevormd Secretariaat voor de Economie de opdracht financieel orde op zaken te stellen en de corruptie binnen de curie aan te pakken. Hij werd ook opgenomen in de zogeheten C9, een college van negen kardinalen dat als een informele adviesraad voor Franciscus fungeerde. De rijzige Pell mocht dan in zijn vaderland Australië een norse, weinig sympathieke reputatie hebben, in Rome telde zijn status als effectief en efficiënt bestuurder met een uitstekende netwerk zwaarder.
Tot vorig jaar. Toen duidelijk werd dat hij terecht moest staan op beschuldigingen van seksueel misbruik kreeg Pell het consigne om naar Australië te gaan voor zijn proces. En op 12 december, de dag nadat een jury Pell schuldig bevond, maakte het Vaticaan bekend dat de 77-jarige Pell samen met twee oudere kardinalen uit het C9-kardinalencollege is gezet.
Zal paus Franciscus de zaak-Pell aangrijpen om nog eens te onderstrepen dat het hem ernst is met de aanpak van misbruikzaken, zoals hij ook op de speciale misbruiktop vorige maand probeerde te bewijzen – en daar volgens slachtoffers van misbruik onvoldoende in is geslaagd?
Dat Franciscus Theodore McCarrick, eens een van de machtigste Amerikaanse kerkbestuurders, eerst het kardinaalschap had ontnomen en hem daarna uit het priesterambt zette, laat zien dat hij niet terugschrikt voor harde ingrepen. Maar tegelijkertijd houden de affaires in de kerk maar niet op. Vorige week nog kreeg een hoge Franse kerkbestuurder, kardinaal Philippe Barbarin, zes maanden voorwaardelijk omdat hij een pedofiele priester niet had aangegeven bij de politie.
De Pell-affaire is ook een test voor de vraag hoe en wanneer het Vaticaan reageert op uitspraken van de strafrechter. De advocaat van Pell heeft al aangekondigd dat hij in beroep zal gaan. Mogelijk suggereert hij daarbij dat de eens zo machtige Pell wordt gezien als zondebok voor al het misbruik binnen de Australische katholieke kerk dat de afgelopen jaren aan het licht is gekomen. Was het daarom dat in een eerste proces een jury niet tot een uitspraak kon komen?
De woorden van de advocaat, Robert Richter, kunnen zich evenwel ook tegen hem en zijn cliënt keren. Pell is in dit proces beschuldigd van vijf momenten van seksueel misbruik. Hij zou twee koorknapen van 12 en 13 die de sacristie van de kathedraal van Melbourne in waren geslopen om stiekem wijn te drinken, hebben betrapt en toen zijn penis in hun mond hebben geduwd. Een van hen zou hij later in zijn kruis hebben betast. Een van die twee is dood, overleden in 2014, na een overdosis. De andere is de belangrijkste aanklager van Pell. „Een hoop rotzooi en leugens”, zo deed Pell de beschuldigingen af toen hij in 2016 door een Australische agent hierover werd ondervraagd. Maar in zijn pleidooi voor een lichte straf had advocaat Richter het over „een gewone vanille-zaak van seksuele penetratie”.
Pell heeft steeds volgehouden dat hij onschuldig is. De uitspraak van zijn advocaat helpt daarbij niet. Dat geldt ook voor de verdenking dat hij tijdens de snelle carrière die hij binnen de Australische kerk heeft gemaakt met zijn harde uithalen naar homoseksualiteit, voorbehoedsmiddelen, abortus en echtscheiding – precies die dingen die toenmalig paus Johannes Paulus II graag hoorde – voortdurend de andere kant op heeft gekeken bij suggesties van seksueel misbruik.
Slachtoffers van misbruik vinden dat paus Franciscus harder moet ingrijpen tegen misbruik en kerkbestuurders uit hun functie moet zetten. Bij Pell is dat eigenlijk al gebeurd. De vraag is nu of de paus de veroordeling van Pell hard genoeg vindt om hem, net als in de zaak McCarrick, het kardinaalschap en/of het priesterschap te ontnemen , of het aangekondigde hoger beroep wil afwachten.