De hemel, zelfs de kerk zwijgt er liever over. Wie zijn kennis wilde ophalen, moest zaterdag naar de Jordaan.
Moderne mensen - ook christenen - zijn er gauw mee klaar: de hemel bestaat niet. Maar is daarmee alles gezegd? Stel dat de hemel er wel is, is die dan meer dan de zorgeloze plek waar opa lekker een biertje drinkt en zich vrolijk maakt over hoe wij hier in de weer zijn? Zien mensen er elkaar terug? Is God daar, ook als niemand kan aanwijzen waar die hemel precies is in het universum
"De hemel is geen absurditeit", betoogde theoloog Jan Muis zaterdagmiddag in de Amsterdamse Westerkerk, in de Jordaan, de buurt waarover volkszanger Johnny Jordaan zich al afvroeg 'of er in de hemel ook een Jordaan zou bestaan'.
Muis' stelling: niet alles wat niet waarneembaar of niet voorstelbaar is, is automatisch ondenkbaar. Zoals het volgens hem mogelijk is dat er naast de driedimensionale ruimte nog een vierde of een vijfde dimensie is, zo kan er ook een hemel zijn.
De oud-hoogleraar dogmatiek aan de Protestantse Theologische Universiteit sprak bij het symposium 'Lieve Hemel', ter gelegenheid van het naderende pensioen van de dominee van de Westerkerk, Fokkelien Oosterwijk. Toen zij veertig jaar geleden predikant werd was het geloof in de hemel ook in de kerk al op zijn retour. "Het koninkrijk van God moest hier op aarde worden gesticht, in elk geval tegemoet gekomen", zei ze. "Daar paste geen gerichtheid op de hemel bij."
Met kerkleden voerde ze 'enerverende en persoonlijke' gesprekken over het leven na de dood, maar ze ziet ook in de kerk gêne over een hiernamaals. Dat zou maar onvolwassen zijn, en alleen een uitvinding om troost te vinden bij verlies, of een herkansing na een ellendig leven hier. Oosterwijk noemde die verlegenheid 'een angstvallig zwijgen, om toch maar voor vol aangezien te worden, als gelovige, als kerk'. Sprakeloosheid wordt dat in kerkelijke kringen ook wel genoemd, een stilte die de Protestantse Kerk graag verbreekt door kerkgangers aan te sporen te zeggen waar ze in geloven.
'De hemel. Een verkenning van onbekend terrein', had Muis boven zijn doortimmerde betoog gezet, dat overigens grote indruk maakte: na afloop vroeg de een na de ander hem, zijn speech alsnog te sturen. Cultuurtheoloog Frank Bosman liet zien dat de hemel - die kunstenaars eeuwenlang heeft geïnspireerd - nog steeds manifest is in allerlei culturele uitingen. In de Amerikaanse tv-serie The Simpsons, met hun beelden van de protestantse en de katholieke hemel: in de serieuze protestantse variant spelen de mensen een potje croquet, in de vrolijke katholieke is eten en drinken niet aan te slepen. Bosman wees ook op een reclame van koffiemerk Nespresso, met een verkoper aan de hemelpoort en een God en hemelse gedaanten in verpletterend wit.
Voor Bosman zelf is de hemel 'niet een plek, geen state of mind maar een relatie, waarin je je verbonden weet met wie je liefhebt. Zonder elkaar te herkennen is er geen relatie. Jij bent mijn hemel, ik ben jouw hemel'. Hij zei daar meteen bij dat dat niet kon worden afgedaan als individualisme of een postmoderne oprisping. "Nee, dit is diep doorleefde theologie."
Vragen? Nee, zei een oudere dame. Ze wilde iets vertellen. Ze was 17 toen haar moeder stierf, tijdens zondagsschool, waar kinderkerstfeest werd gevierd. De vrouw van de dominee kwam het haar vertellen, ze zei: 'Je moeder is niet goed geworden, maar zij mag nu kerstfeest vieren in de hemel'. In een muisstille kerk zei de vrouw: "Die woorden hebben me grote troost gegeven. Het waren de mooiste kerstdagen van mijn leven."
Trouw