Een Coca Cola malloot of het Kerstkind?



Het is wederom een vreemde december­maand. Al dat gedoe om Zwarte Piet. Kin­der­feestje: 90 arrestaties. Dat is Nederland anno nu. Het is vooral een Randstadprobleem. Omdat ze in de Randstad vinden dat zij heel Nederland zijn, menen ze dat het toch echt een belangwekkende landelijke kwestie is. Zelfs Sinterklaasliedjes moeten hertaald worden.

In een eerdere decembermaand werd kindervriend Sinterklaas verteld dat hij het kruis van zijn mijter moest verwijderen. De goedheiligman kreeg een multimijter zodat niemand zich beledigd kon voelen. Want ja, een rooms-katholieke bisschop die in het wilde weg iedereen zomaar kadootjes weggeeft heeft toch iets van een oproep tot bekering.

De zwarte Pieten mochten dan uiteindelijk toch zwart zijn, maar nu was er weer de roep dat de Sint niet wit maar groen zou moeten zijn, daarmee brave kindertjes ernstig in verwarring brengend. Deze kerel kwam geen pepernoten brengen. Nee, hij kwam ons inpeperen dat winkels waar de Sint inkopen doet volgend jaar alleen nog maar politiek-correcte duurzame fairtrade chocoladeletters mochten verkopen.

Pffff. Nou, één concessie wil ik wel doen.

De Sint komt zoals u weet naar Nederland met de stoomboot. Maar in een ander liedje staat letterlijk: “Misschien heeft u nog even tijd Voordat u weer naar Spanje rijdt”. Dat is echt heel verwarrend voor een kinderzieltje: héén met de boot en terug te paard? Daarom gaan we dat veranderen: “Misschien wilt u nog een stukje taart Voordat u weer naar Spanje vaart”. Bij deze aanpassing zou ik het graag willen laten.

De poging het Sinterklaasfeest om zeep te helpen, was nog maar net bezworen of Kerstmis was aan de beurt. Zo heb je dat gemeentehuis waar altijd kerstbomen stonden. Maar nee, zo werd ons heel plechtig gemeld: geen kerstboom mag de aula mag meer opsieren, want zo’n blauwspar is toch wel heel christelijk. Wat dan wel? U raadt het al. Een kerstman, een arrenslee en rendieren. Eentje met een rood lampje op zijn neus.

Ik wil niemand op de kast jagen met kerstbomen, kerststallen en engelen, maar ik wil wel graag gewoon Kerstmis vieren. Dus met een stalletje en het kerstkind. Kerstmis vieren zonder dat de feesteling waar het allemaal om gaat erbij mag zijn. Dat is niks. Als iemand een winterfeest van Kerstmis wil maken, mag dat van mij. Maar Kerstmis gaat toch echt ergens anders over: God is in de wereld gekomen. Precies, ik heb het over dat Kind in de kribbe. En God is niet in de wereld gekomen om ons te komen meedelen dat de winter begonnen is.

Ik zal u vertellen waarom ik graag aan het echte kerstverhaal vasthoud. Er is een groot verschil tussen de kerstman en het kerstkind ook al vieren beiden vrede, geborgenheid en de zorg voor daklozen en verstotenen. Wil Kerstmis echt iets betekenen dan moet het wel echt zijn. Dan hebben we een levend voorbeeld nodig. Iemand die geleefd heeft en heeft laat zien dat het kan: vrede en harmonie.

Dat kun je niet leren uit een boekje. Sprookjes en fantasieverhalen kunnen ontroerend zijn. Ze zetten je niet in beweging. Mensen veranderen alleen door ontroerende levende voorbeelden, door mensen die geleefd hebben en het waargemaakt hebben. Waarom zijn kinderen soms zoals ze zijn? Omdat ze een levend voorbeeld hebben gehad: een aardige vader en moeder. En niet omdat die leuke boekjes van Dick Bruna ze dat voorhouden.

Het Kerstkind in de kribbe laat zien dat het Hem menens is. Let maar eens op wat Hij doet als Hij opgroeit. Hij doet wat Hij zegt. Hij laat zien dat het mogelijk is. Daarom raakt Hij de harten van de mensen wel en gaan die op hun beurt er ook werk van maken. De kerstman zegt ons dat we daklozen moeten helpen, maar zelf doet ie niks. Het Kerstkind heeft er zelfs zijn leven voor over. Dat maakt het verschil.

Waarom doen de broeders en zusters van Moeder Teresa hun werk in die sloppenwijken? Niet omdat Dr. Phil hun verteld heeft dat dat wel goed zou zijn om te doen. Nee, ze werken er omdat ze een levend voorbeeld hebben gehad die het voorgeleefd heeft: Moeder Teresa. Woorden wekken, voorbeelden trekken. Moeder Teresa kon het doen vanwege het levende voorbeeld van degene wiens geboorte we op 25 december vieren: het Kind in de kribbe.

Dit Kind groeit op en laat zien hoe verdraagzaamheid en vergevingsgezindheid mensen kan veranderen. Jezus had alles voor ons over opdat wij zouden veranderen. Daar was het Hem om te doen. Dat gebeurt niet met vrome woorden. Wel door de daad bij het woord te voegen. Want dat raakt het hart van de mensen. Dat maakt hen andere, betere mensen. En daar ontstaat vrede en zo wordt die vrede verspreid, daar waar mensen het appèl van het kerstkind ter harte nemen en er werk van maken. En dan blijkt het toch waar te zijn wat de engel verkondigde: vrede op aarde.

Geen enkel verzonnen verhaal kan mij echt veranderen, maar wel Iemand die heeft bestaan en deed wat dat Kind in de kribbe later deed. En dat heeft Hij voor iedereen gedaan. Daarom pleit ik ervoor het kerstverhaal in tact te houden en het kerstkind niet te vervangen door een verzonnen kerstman. Daarom pleit ik ervoor de engel niet door een elfje, en de ezel niet door een rendier te vervangen. Niks mis met die leuke verhalen, maar de fantasiefiguur verdringt de aandacht die het Kind in de kribbe verdient. We vieren Zijn verjaardag. Het kerstkind brengt u naar daklozen, naar dat vervelende familielid dat u naar het leven staat.

De kerstman brengt u slechts naar het winkelcentrum. Die Coca Cola-malloot heeft weinig meer te melden dan een ‘hohoho’. Het Kerstkind heeft een waarachtige boodschap van vrede. Dat is het verschil. Zalig Kerstmis.

+ Rob Mutsaerts
Hulpbisschop van ’s-Hertogenbosch