Alleen de sacrale werking van gregoriaanse gezangen en de Latijnse mis kan de katholieke kerk redden, schrijft Olaf van Boetzelaer. 'Schaam je niet voor je eigen rijke traditie en geef de gregoriaanse gezangen weer eens een plaats, zodat hun unieke sacrale werking weer gevoeld kan worden.'
Het rapport dat de Nederlandse bisschoppen bij hun 'ad limina'-rapport enige tijd geleden aan de Paus uitbrachten, ademt niet direct een optimistische geest, to put it mildly. Geen wonder. Ging in 1961 84 procent van de Nederlandse katholieken iedere zondag ter kerke, thans bedraagt dit nog maar een schamele 6 procent. In Vlaanderen is de situatie identiek. Hoe heeft het zover kunnen komen?
Bijna vanaf het moment dat Paus Johannes XXIII het te houden Tweede Vaticaanse Concilie aankondigde - hij wilde een bij de tijd brengen van de Kerk - kwam een stroom 'modernistische' theologische publicaties op gang. In de kern handelt het zich om een sterk 'horizontalistische', op progressieve sociale actie gerichte oriƫntatie, met een gelijktijdige sterke relativering van de 'verticale', dus op God en het bovennatuurlijke gerichte geloofspunten en dogma's.
De historiciteit van de in het evangelie beschreven wonderen inclusief de opstanding van Christus uit de dood, werden in twijfel getrokken en symbolisch geduid; de eucharistische transsubstantiatieleer, dus de waarachtige tegenwoordigheid van Christus in brood en wijn na de consecratie, werd verdoezeld met de vage term 'transfinalisatie'. Over hel en vagevuur werd ook liever niet meer gepreekt. De bisschoppen gaven hun verantwoordelijkheid voor het godsdienstonderwijs uit handen aan instituten zoals het KASKI te Nijmegen.
Naar mijn mening een kapitale strategische blunder en een ronduit verzaken aan hun onafwentelbare verantwoordelijkheid. Nieuwe godsdienstleerboeken verschenen, doordrenkt met een modernistische geest die fataal bleek voor de vorming tot gelovige en goed onderrichte katholieken. Het gevolg is dat een zeer groot deel van de mensen die hierdoor 'gevormd' zijn een praktisch blanco kennis van het katholieke geloof heeft en, voor zover met authentiek katholieke geloofspunten geconfronteerd, met afwijzen of de nodige scepsis reageert. Is het dan gek dat het aantal bezoekers van de zondagsmis dramatisch is afgenomen?
Bisschoppen zijn niet enkel geroepen om te dialogeren en bruggen te bouwen, maar primair om hun gezag in woord en daad aan te wenden om de zuiverheid van het geloof en de overdracht ervan te waarborgen
Een andere factor die tot radicale ontkerkelijking heeft bijgedragen is wat je zou kunnen noemen de liturgische schipbreuk. Sedert het zogenaamde 'afschaffen van het Latijn' en de introductie van de hervormde mistekst in 1966, de zogenaamde 'Ordo Novus', is men massaal weggebleven.
Dit omdat in de praktijk de priester in de liturgie van de zondagsdienst zich vaak niet eens hield aan de geautoriseerde nieuwe mistekst, maar zelf teksten invoerde die door vaagheid een grootscheeps gevoel van vervreemding en irritatie bij de gelovigen teweeg brachten terwijl er uiteraard geen wervende werking vanuit ging; omdat de kostbare traditie van de Latijnse liturgie, speciaal de gregoriaanse gezangen over boord gekieperd werden en werden vervangen door 'die liedjes'. Een Huub Oosterhuis, die notabene het katholieke eucharistische geloof spottend aanduidde als de 'truc der trucen' werd als een favoriete maker van liturgie beschouwd, tot verontwaardiging van veel overtuigde katholieken.
In Vlaanderen maak ik in een aantal kerken mee dat in plaats van het Credo een zelf vervaardigde tekst is gesteld, met praktisch geen geloofsverkondigende inhoud.
Ik zou twee zaken met klem willen aanbevelen. In de eerste plaats: zorg op katholieke scholen voor authentiek geloofsonderricht door competente godsdienstleraren.
En voorts: introduceer de celebratie van de 'oude' Tridentijnse mis, maar dan naast het Latijn ook in het Nederlands. Dit omdat volgens zeer velen deze misteksten vanuit geloofsoverdrachts- en geloofsbelevingsstandpunt veel rijker zijn dan alles wat er daarna gekomen is. En gebruik in elk geval de geautoriseerde vertaling van het Romeins missaal en geen eigen 'huiswerk'. En schaam je niet voor je eigen rijke traditie en geef de gregoriaanse gezangen weer eens een plaats, zodat hun unieke sacrale werking weer gevoeld kan worden.
Bisschoppen zijn niet enkel geroepen om te dialogeren en bruggen te bouwen, maar primair om hun gezag in woord en daad aan te wenden om de zuiverheid van het geloof en de overdracht ervan te waarborgen.
Herders moeten leiden en om trouw te zijn aan de Heer en in het belang van het zieleheil zelfs hard kunnen besluiten en optreden in een noodsituatie als deze. Herders zijn immers herders en geen schapen.
Olaf van Boetzelaer is hoogleraar internationale politiek en geschiedenis in Manilla.
bron: Volkskrant