De technologische en economische ontwikkeling van de mensheid loopt spaak als de morele dimensie uit het oog verloren wordt. Dat is het terugkerende thema van de vandaag gepubliceerde encycliek Caritas in veritate van paus Benedictus XVI.
Volgens de paus zijn de staat en de markt geen onpersoonlijke of amorele krachten. Net zomin als globalisering en technologische vooruitgang kunnen zij het stellen zonder een dragende moraliteit en zonder mensen die handelen vanuit liefde en belangeloosheid. De vooruitgang van de mensheid wordt gediend door de herontdekking van de ethische dimensie van handel, politiek en techniek.
In de rondzendbrief biedt Benedictus XVI een analyse van de hedendaagse sociaal-economische situatie van globalisering en technologische vooruitgang. Volgens de paus toont technologie de menselijke aspiraties om zich te ontwikkelen: “Technologie geeft uitdrukking aan de innerlijke spanning die hem aandrijft om zijn materiĆ«le beperkingen geleidelijk te overstijgen.” Net als paus Paulus VI in zijn encycliek Populorum progressio noemt Benedictus ontwikkeling een ‘roeping’ die de mens van Hogerhand krijgt.
De techniek die de wereld in sociaal en economisch opzicht tot een dorp heeft gemaakt is echter geen onverdeeld genoegen. De groeiende wederzijdse afhankelijkheid van mensen en volkeren gaat volgens de bisschop van Rome niet gelijk op met “een ethische uitwisseling tussen verschillende betrokkenen die waarachtige menselijke ontwikkeling stimuleren”.
In zijn evaluatie van de hedendaagse situatie sluit Benedictus zich aan bij zijn voorgangers Paulus VI en Johannes Paulus II. Net als deze pausen stelt hij dat de ‘superontwikkeling’ van de mensheid hand in hand gaat met een morele onderontwikkeling.
Uitgebreid gaat de Duitse paus in op de wereldwijde economische crisis. Die dwingt ons “onze reis opnieuw te plannen, nieuwe regels op te stellen en nieuwe vormen van toewijding te ontdekken”. Daartoe pleit hij onder meer voor een wereldwijde en krachtdadige gezagsinstantie. Ook zouden de Verenigde Naties en andere economische en bancaire instellingen een fundamentele hervorming moeten ondergaan. Arme landen zouden daarin een veel krachtigere stem moeten krijgen.
De paus verwerpt een amorele benadering van de markt en de economie. Het gebrek aan ethiek en het winstbejag heeft er in de geglobaliseerde context voor gezorgd dat rijkere landen hun productie aan lagelonenlanden hebben uitbesteed om zodoende de prijzen van goederen te drukken, de koopkracht op te voeren en de thuismarkt te bevoordelen. De eenzijdige focus op winst heeft onder meer uitputting van grondstoffen, schending van mensenrechten en de vervuiling van het milieu tot gevolg gehad.
Verder levert Benedictus in zijn encycliek kritiek op de hoge invoerheffingen van rijke landen die het voor arme landen moeilijk maken voet aan de grond te krijgen op markten van economisch meer ontwikkelde landen. Verschillende bedrijven en staten handelen volgens de Duitse paus in strijd met de mensenrechten door al te streng vast te houden aan hun patenten op medicijnen. Zo verhinderen zij dat goedkopere varianten van hun geneesmiddelen in arme landen op de markt komen.
‘Blinde oppositie’ tegen globalisering vindt Benedictus XVI onverstandig, omdat het de goede kanten van de groeiende wederzijdse afhankelijkheid over het hoofd ziet. Liever ziet de paus dat dit wereldwijde proces een ethische en godsdienstige dimensie krijgt. Wat hij wil bevorderen is “een individueel en gemeenschappelijk cultureel proces van wereldwijde integratie die open staat voor het transcendente”.
Andere onderwerpen die Benedictus aansnijdt in zijn brief, zijn onder meer terrorisme, toerisme en het milieu. De encycliek is gericht aan de wereldwijd 1,1 miljard katholieken en aan ‘alle mensen van goede wil’. Het werk wordt naar buiten gebracht aan de vooravond van de G8-top in ItaliĆ« en drie dagen voordat de paus de recessie bespreekt met de Amerikaanse president Barack Obama.
bron: Katholiek Nederland