De populairste Jezusfilm ooit krijgt een vervolg, maar kan die het succes herhalen?



Het bloed spatte van het scherm en wie goed luisterde, zou ‘virulent antisemitisme’ kunnen horen. Toch was The Passion of the Christ een enorm succes én een opmerkelijk cultureel fenomeen. Geldt dat binnenkort ook voor het vervolg?

Een voor de hand liggende vraag: waarom is er veertien jaar na dato nog geen deel twee van de populairste Jezusfilm ooit? Er wordt aan gewerkt, melden scenarioschrijver Randal Wallace en acteur en regisseur Mel Gibson. ‘The Passion of The Christ: Resurrection’ gaat straks verder waar het origineel ophield: drie dagen na de kruisiging, wanneer Jezus’ graf plots leeg is. Een vervolg ‘met de originele Jezus’, kondigde het Amerikaanse webmagazine Salon aan. Min of meer correct, want voor de Christusrol hebben Gibson en Wallace wederom de acteur Jim Caviezel op het oog.

Een studiodeal is er nog niet, wel ‘meerdere geïnteresseerde investeerders’. Dat het duo er nu al ruchtbaarheid aan geeft, komt naar eigen zeggen doordat het ‘project te complex wordt om stil te kunnen houden’. Wallace: “Dit is zo’n enorm en heilig onderwerp.”

‘Enorm’ is het juiste woord, want met een opbrengst van 499 miljoen was het origineel de meest succesvolle onafhankelijk geproduceerde film aller tijden. Voor een deel van de christelijke kijkers was The Passion meer dan alleen een hervertelling van een bijbelverhaal - het kijken zélf was een spirituele oefening. “Er waren momenten dat ik dacht: dit is te erg”, vatte een Amerikaanse kijker het in 2004 in deze krant huilend samen, toen een verslaggever hem bij het verlaten van de bioscoop aanklampte. “Maar ik daag iedereen uit om na het zien niet te geloven.”

Een film die tegelijk een Goede Vrijdag-liturgie is, die zowel entertainment is als een middel om dichterbij God te komen. Zouden Gibson en Wallace dat succes kunnen herhalen?

Wat betreft Johan Roeland, onderzoeker naar media, religie en cultuur aan de Vrije Universiteit, hangt het af van twee zaken. Het eerste: de marketing. Het origineel werd zo’n succes omdat Gibson de kerken daarin betrok, meent Roeland. “Hij verspreidde zijn trailers niet alleen via de reguliere kanalen, maar gaf kerken ook teasers met daarin een blanco moment. Daarin konden ze aankondigen: binnenkort is The Passion bij ons in de stad te zien, en wij zijn betrokken met de vertoning.” In Amerika en daarbuiten kochten voorgangers kaartjes in bulk en gingen ze met groepen kerkleden naar de bios.

De film pionierde een tactiek die je tegenwoordig ook ziet bij de Nederlandse tv-musical The Passion: breng het evangelie naar een breed, seculier podium en geef kerken de mogelijkheid om daar missionair wat mee te doen. In de plaats waar het tv-spektakel plaatsvindt, organiseren lokale kerken vaak speciale diensten die erop inhaken.

De critici van destijds zetten zich alvast scherp. Zou er weer gesuggereerd worden dat de Joden de dood van Jezus op hun geweten hebben en worden de scènes waarin Jezus zijn wonden laat zien net zo bloederig als de gesel-scènes in het origineel? Wat betreft het vermeende antisemitisme (Gibson kreeg het verwijt vaker maar blijft ontkennen): dat heeft vast kijkers gekost, maar het was duidelijk niet genoeg om het project te laten floppen.

Dan de geweldsorgie. Roeland: “Dat was naast de marketing juist de grote succesfactor.” De geseling van Jezus werd tot in detail uitgelicht. Kijk hoezeer hij leed, was de teneur. Kijk hoe groot zijn offer was. De evangelieverzen over Jezus’ opstanding zijn uiteraard van een compleet ander genre. Drie draaien om ontmoetingen met zijn apostelen en andere dierbaren. Niet bepaald gewelddadig materiaal. Roeland: “De grote vraag is dus of The Passion ook een succes kan zijn zonder dat excessieve geweld.”